Vroeger werden tulpen altijd in grond geteeld; op bakkies of in de volle grond, zowel buiten als binnen in rol- of trekkassen. Tegenwoordig telen veel kwekers, zoals Jos van der Meer, tulpen op waterbakken in kassen. De tulpenbollen worden in een bak op kunststof pennetjes geprikt en krijgen regelmatig vers water. De zogenaamde waterbroei is milieuvriendelijker. De kwekers hebben minder grond, minder bakken en minder koelruimte en dus energie nodig. Tulpen worden zonder bestrijdingsmiddelen geteeld. De tulpenbollen worden na de oogst gebruikt als veevoer.

Aanpoten

Jos van der Meer vertelt: ‘In de tulpentijd is het iedere dag flink aanpoten. We starten met het trekken van de tulpen, maken ze klaar voor de veiling en eindigen de dag met het poten van nieuwe tulpenbollen. Ieder bakkie dat leeg is, moet meteen weer vol gezet worden.’ Tulpenbollen zijn snelle groeiers, die na ruim 5 weken tot bloei komen. Omdat ze kou nodig hebben, staan de geplante bollen 2,5 week in een koelcel van ongeveer 5 graden. Daar ontwikkelen ze wortels en worden ze voorbehandeld. Na deze koudeperiode worden de tulpen in de kas gereden, waar ze na weer 2,5 week klaar zijn om geoogst te worden.

Automatisering

Jos heeft dit proces bijna volledig geautomatiseerd. ‘Onze tulpen staan op rollerbanen in twee kassen: een groeikas en een oogstkas. Via de rollerbanen worden ze automatisch door de kassen getransporteerd. Na drie weken eindigen ze voor verwerking in de schuur.’

Een heel verschil met vroeger, blijkt. ‘Ik teel al dertig jaar tulpen. In het begin was het zwaar werk. We teelden in houten bakkies, die buiten stonden. Voor de bloei haalden we ze naar binnen. Met een kruiwagen glibberend langs de wallenkant. En schelden als de kruiwagen een keer omver gleed. De tulpen konden in de kas verder groeien, werden vervolgens daar geoogst en in kisten naar de schuur gebracht om te bossen.’

 


De Tulpenroute in Roelofarendsveen wordt mogelijk gemaakt door lokale ondernemers. Dit verhaal wordt u aangeboden door: Ruiten Fleur.